Mythologie

Mythen zijn vertellingen over niet bestaande goden, halfgoden, helden en schurken. Ze hebben in de geschiedenis van de mens een grote betekenis gehad. Zij dienden om natuurverschijnselen te verklaren, het ontstaan van bergen, rivieren, meren, zeeën, eilanden en vulkanen uit te leggen en hemellichamen een plaats in het leven van de mens te geven. Zij verschaften inzicht in de relatie met de natuur. Het waren ook verhalen waarmee men houvast kreeg voor verschijnselen en krachten die men niet begreep, zoals leven en dood en de werking van het noodlot. Zo waren zij vaak onderdeel van het religieus denken en konden dienen om de moraal te sturen of te verhelderen. Mythen komt men daarom altijd en overal ter wereld tegen, en zij vertonen ook altijd veel overeenkomsten. Wel speelt bij alle verhalen de lokale traditie een grote rol en komen we dezelfde figuren onder een andere naam tegen. Bij de selectie van de onderwerpen voor dit hoofdstuk, is vooral - maar niet alleen - geput uit de klassieke mythologie, Ook aan mythologische dieren (griffioen), dwergen (trollen), landstreken (Elysese velden) en steden (Atlantis) is enige aandacht besteed.

Woorden en begrippen die o.i. te specialistisch zijn, zoals bellerofon of Nausikaä, staan hier niet in. Maar wij staan open voor suggesties.