Oudheid

'Oudheid' kan slaan op diverse culturen van de wereldgeschiedenis, zoals die van Egypte, Mesopotamië, China of Midden-Amerika. Vaak laat men die ruim 3.000 voor Christus. beginnen met de uitvinding van het schrift in Egypte en Mesopotamië. Omdat het alfabet zich maar zeer langzaam verspreidde naar andere landen, wordt dit tijdvak in veel landen ook nog beschouwd als onderdeel van de prehistorische bronstijd en IJzertijd. Voor een verder onderscheid is de oudheid onderverdeeld in drie afzonderlijke perioden: midden en late bronstijd (2.500 tot 1.200 v.Chr.); Vroege IJzertijd (1.200 tot 800 v.Chr.) en de klassieke oudheid (800 v.Chr. tot 476 na Chr.).

De oudheid als geheel van de bovengenoemde drie perioden kenmerkt zich door de opkomst van een aantal grote rijken en beschavingen, waaronder het Oude Egypte, het Hellenistische rijk van Alexander de Grote en het Romeinse Rijk. Pas in de Middeleeuwen komt West Europa in beeld. De hier opgenomen woorden hebben vooral betrekking op de belangrijkste historische gebeurtenissen figuren, uitvindingen (spijkerschrift, papyrus) en begrippen (brood en spelen) uit deze periode.

Woorden en begrippen die algemeen gebruikelijk en bekend zijn, zoals jager-verzamelaar, staan hier niet in, evenmin als woorden die o.i. te specialistisch zijn, zoals sedentair of hofstelsel. Maar wij staan open voor suggesties.