eiwitten
Eiwitten vormen een groep organische verbindingen opgebouwd uit aminozuren, ook wel proteïnen of polypeptiden genaamd. De specifieke eigenschappen van eiwitten worden bepaald door de volgorde waarin de verschillende aminozuren in het eiwit voorkomen. Deze volgorde is op zijn beurt vastgelegd in de volgorde van de stikstofbasen op een bepaald stuk van het DNA van het betreffende organisme (het gen ).
Eiwitten variëren dus in de wijze waarop de twintig verschillende aminozuren gerangschikt zijn en verder in het aantal aminozuren dat in een enkel eiwit aaneengeregen is. De binding tussen de aminozuren komt tot stand doordat de zuurgroep van het ene aminozuur zich onder (formele) afsplitsing van water verbindt met de aminogroep van het volgende aminozuur. Uit twee aminozuren ontstaat zo een dipeptide. De zuurgroep daarvan verbindt zich weer met een aminogroep van weer een aminozuur onder vorming van een tri-peptide, enzovoort. De tussen een amino groep en een carboxylgroep gevormde bindingen heten in de organische chemie in het algemeen amide bindingen, maar bij een eiwit spreekt men meestal van een petptidebinding.
Zie ook genetische code, hormonen, enzymen, receptoren en eiwitten in het hoofdstuk Natuurkunde, scheikunde en sterrenkunde.
Welke periode in de prehistorie duurde tot de komst van de Romeinen in het huidige Nederland?
emotionele intelligentie
Vorm van sociaal inzicht, de mate waarin iemand de kunst verstaat met anderen om te gaan, ook als die op allerlei aspecten anders zijn dan hij- of zijzelf. Ook de mate waarin men zich in allerlei situaties kan aanpassen en op een soepele manier kan bewegen.