tsunami

Een tsunami (Japans: havengolf) is een zeegolf met een grote golflengte (van 10 tot 500 km) die ontstaat doordat in korte tijd een zeer grote massa zeewater wordt verplaatst. Meestal door een aardbeving in de bodem van de oceaan (een zeebeving). Daarbij wordt dan, schoksgewijs, de enkele kilometers water boven die beving een paar decimeters tot meters opgetild. De opgetilde waterkolom bevat een zeer grote hoeveelheid energie die zich verspreidt in de vorm van een golf die zich snel voortplant. Midden op zee merkt men weinig van die paar decimeters hogere golf. Maar wanneer de waterkolom de kust nadert, wordt de voorkant van de golf afgeremd. Daardoor groeit de golfhoogte tot soms tientallen meters en bereikt het land als een allesverwoestende tsunami.
De tsunami van 26 december 2004 werd veroorzaakt door een zeebeving voor de kust van Sumatra met een kracht van 9.0 op de schaal van Richter. Langs de kusten van de Indische oceaan vielen toen ten minste 290.000 doden.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

In welk muziekgenre was het platenlabel Motown gespecialiseerd?


JUIST!NIET JUIST!

soul

terrorisme

Het zonder wettelijke grond plegen van grootschalig geweld of creëren van dreiging met vaak immense gevolgen. Deze daden worden veelal gepleegd met een politiek, religieus of extremistisch doel voor ogen en worden na afloop regelmatig opgeëist door een groepering.

Zie ook terrorisme in het hoofdstuk Internationale politiek.