VOC

De Vereenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) is in 1602 ontstaan uit de zogeheten 'compagnieën van verre' of 'voorcompagnieën' voor de handel op Oost-Indië en was voorzien van octrooi van de Staten-Generaal. De opperste leiding berustte bij zeventien bewindhebbers, de Heren XVII. Het bestuurlijke centrum in Azië was na 1619 Batavia, waar de gouverneur-generaal en de Raad van Indië zetelden. Van hieruit werd een netwerk van handelsnederzettingen (factorijen) opgezet. In 1799 nam de Staat de compagnie met bezittingen en schulden over. Het begrip VOC-mentaliteit werd in 2006 geïntroduceerd door de Nederlandse minister-president Jan Peter Balkenende om een positieve Nederlandse handelsgeest onder Nederlanders te propageren zoals die ook in de Gouden Eeuw zou hebben bestaan.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke veldheer trok met zijn leger en olifanten over de Alpen naar Italië?


JUIST!NIET JUIST!

Hannibal

opzet

Heeft betrekking op de wil van iemand die een handeling verricht. Een opzettelijke daad wordt met de wil op, of in ieder geval de acceptatie van, een bepaalde uitkomst verricht. Je weet wat je doet en wat de gevolgen kunnen zijn. Er wordt dan ook wel gesproken van \'willens en wetens\'. Doelbewuste opzet op het doden van iemand door een pistoolschot is willen dat die persoon overlijdt als gevolg van het pistoolschot. Voorwaardelijke opzet is als je er rekening mee houdt dat je gedrag een bepaald gevolg kan hebben en er toch mee doorgaat. Iemand schiet met een pistool, wetend dat hij een ander zou kunnen raken. Als dat gebeurt is sprake van voorwaardelijke opzet. Het tegenovergestelde van opzettelijk is per ongeluk. In het strafrecht is opzet nodig om te kunnen spreken van een ernstig misdrijf.