Socrates

(470-399 v.Chr.) Griekse filosoof, leermeester van Plato. Was een van de weinige niet-schrijvende filosofen. Hij werd op beschuldiging van het creëren van nieuwe goden en het bederven van de jeugd door het stadsbestuur van Athene tot de gifbeker veroordeeld. Zijn filosofie kennen we alleen uit de dialogen van Plato, waarbij niet altijd duidelijk is in hoeverre deze laatste zijn eigen denkbeelden Socrates in de mond legt.
Anders dan zijn voorgangers houdt Socrates zich niet bezig met natuurfilosofie, maar uitsluitend met ethiek. Socrates ging met zijn medeburgers in gesprek om samen met hen het wezen van de deugd, het wezen van het Goede te achterhalen. Hij was er vast van overtuigd dat de mens van nature goed is en tot de deugd geneigd. Het gaat erom te weten wat het goede is, het doen volgt dan vanzelf. Wie kwaad doet, doet dat alleen uit onwetendheid. De belangrijkste kennis is zelfkennis, vandaar zijn voorliefde voor het opschrift van de Apollotempel te Delphi: 'Ken uzelf.' De waarheid ligt al in de mens, de kunst is haar naar boven te halen. Daarvoor hanteerde hij de methode van de maieutiek (vroedvrouwmethode): door het stellen van gerichte vragen de waarheid bij de gesprekspartner naar boven halen, zoals de vroedvrouw de baby uit zijn moeder verlost.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke veldheer trok met zijn leger en olifanten over de Alpen naar Italië?


JUIST!NIET JUIST!

Hannibal

Mythologie > Grieks-Romeins

Demeter

In de Griekse mythologie de godin van de vruchtbaarheid en de aarde, die de vruchten voortbrengt, in het bijzonder de granen. Uit haar verbintenis met Zeus (haar broer) kreeg zij een dochter, Persefone. Toen Persefone door Hades naar de onderwereld was ontvoerd, ging Demeter haar zoeken. Zij dwaalde over de aarde, die al die tijd geen graan voortbracht. De winter was over het land gekomen. Zeus zond uiteindelijk Hermes naar de onderwereld, met de opdracht Persefone naar haar moeder terug te brengen. Zij moest voortaan een derde deel van het jaar in de onderwereld doorbrengen en de overige tijd op aarde. Dit symboliseerde de wisseling van de seizoenen.