kardinale deugden
De hoofddeugden waaruit alle andere worden afgeleid. Plato bepaalde hun aantal op vier: wijsheid, dapperheid, bedachtzaamheid en rechtvaardigheid. Schopenhauer beperkte hun aantal tot twee: rechtvaardigheid en mensenliefde. Nietzsche noemde er vier en vermeldde er meteen bij tegenover wie men ze moet uitoefenen: eerlijkheid tegenover onszelf en onze vrienden; dapperheid tegenover de vijand; grootmoedigheid tegenover de overwonnenen; hoffelijkheid tegenover iedereen. Het rooms-katholicisme kent ook vier kardinale deugden: voorzichtigheid, rechtvaardigheid, sterkte en matigheid.
Welke periode in de prehistorie duurde tot de komst van de Romeinen in het huidige Nederland?
emotionele intelligentie
Vorm van sociaal inzicht, de mate waarin iemand de kunst verstaat met anderen om te gaan, ook als die op allerlei aspecten anders zijn dan hij- of zijzelf. Ook de mate waarin men zich in allerlei situaties kan aanpassen en op een soepele manier kan bewegen.