terug naar zoekresultaten voor 'ik'

Max Ernst

Max Ernst (1891-1976). was een uit Keulen afkomstige belangrijke Dada-ist en later en surrealistische kunstenaar met een vrijwel onbegrensde fantasie, die zich zowel in de schilderkunst, de beeldhouwkunst alsook in de grafiek tot uitdrukking kwam. Max Ernst was ook de eerste surrealistische schilder die met zelf ontworpen technieken probeerde toegang te krijgen tot beelden in zijn onderbewuste die hij vervolgens als uitgangspunt kon gebruiken voor een kunstwerk. Zo kwam een veelzijdig fantasierijk oeuvre tot stand met onheilspellende en bizarre droomvoorstellingen in een raadselachtige wereld.
Tot de door Ernst ontwikkelde technieken behoren de 'frottage' en de 'grattage'. Het eerste bestaat uit het spannen van papier of doek over een willekeurig interessant oneffen ruw oppervlak waarna papier of doek wordt bewerkt met houtskool of potlood. Zo ontstaat een patroon dat als verder bewerkt kan worden. Grattage noemt Ernst het aanbrengen van een dikke laag verf op het linnen/canvas waarna dit wordt gelegd over het oppervlak, waar de kunstenaar iets 'in ziet '. Vervolgens wordt de verflaag afgeschraapt en blijft op het linnen een patroon over waarmee hij verder kan werken.
Max Ernst is van grote invloed geweest op de ontwikkeling van de hedendaagse kunst, meer nog in Amerika dan in Europa. Daartoe droeg in niet geringe mate zijn huwelijk met de Amerikaanse miljonaire Peggy Guggenheim bij, die de moderne en hedendaagse kunst aan beide zijden van de Atlantische oceaan sterk heeft bevorderd.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Wie schreef de opera Le nozze di Figaro?


JUIST!NIET JUIST!

Mozart

pidgin

\'Werktaal\' tussen mensen die geen gemeenschappelijke taal hebben, maar toch moeten samenwerken of handeldrijven. Basis is een samenraapsel van uitdrukkingen, constructies en woorden uit de moedertalen van de deelnemers. Pidgins hebben een beperkt vocabulaire, een beperkte grammatica, en dus beperkte mogelijkheden. Ze kunnen zeer lang bestaan als \'markttaal\', die door niemand thuis gebezigd wordt, zoals het Sabir, dat vanaf de Middeleeuwen tot in de twintigste eeuw langs de kusten van de Middellandse Zee in gebruik was. Wordt een pidgin eenmaal de moedertaal van een nieuwe generatie, dan spreken we van een creooltaal.
Zie ook
creolistiek.