Heerlijkheid Friesland

De heerlijkheid Friesland was het kerngebied tussen Zuiderzee en Lauwers dat steeds Hollandse, Utrechts-Gelderse en Bourgondische overheersing wist te vermijden, zich beroepend op zogenaamde privileges van Karel de Grote en graaf Willem II, die later werd gekozen tot Koning van het Heilige Roomse Rijk Deze privileges stonden bekend als de 'Friese vrijheid'. In 1524 erkenden zij het gezag van Karel V als landsheer. De Groninger Ommelanden, die ook tot Friesland hoorden, kwamen toen in de greep van de stad Groningen.
Met de keuze (1584) van Willem Lodewijk van Nassau (1560-1620), oomzegger van Willem van Oranje, kwam het Friese stadhouderschap voorgoed in handen van het Huis Nassau. De Friezen raakten al vroeg betrokken in de opstand tegen het Spaanse gezag.
Tijdens de Republiek bestond de Friese Statenvergadering (landdag) uit afgevaardigden van de vier 'kwartieren': dat van de elf steden en de drie plattelandsdistricten, verdeeld in dertig grietenijen, elk met een grietman aan het hoofd. Aan de trage besluitvorming herinnert nog de uitdrukking 'op z'n elf-en-dertigst'. Leeuwarden was zetel van het bestuur, en door de aanwezigheid van de stadhouder plaats van een sober hofleven. De verkiezing in 1747 van de Friese stadhouder als Willem IV tot stadhouder van alle gewesten betekende het vertrek van het hof naar Den Haag.
Al in 1585 werd in Franeker een hogeschool gesticht, die in de eerste helft van de zeventiende eeuw nog bloei kende. In 1811 werd de universiteit bij decreet opgeheven, tegelijk met die van Harderwijk en Utrecht.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke veldheer trok met zijn leger en olifanten over de Alpen naar Italië?


JUIST!NIET JUIST!

Hannibal

opzet

Heeft betrekking op de wil van iemand die een handeling verricht. Een opzettelijke daad wordt met de wil op, of in ieder geval de acceptatie van, een bepaalde uitkomst verricht. Je weet wat je doet en wat de gevolgen kunnen zijn. Er wordt dan ook wel gesproken van \'willens en wetens\'. Doelbewuste opzet op het doden van iemand door een pistoolschot is willen dat die persoon overlijdt als gevolg van het pistoolschot. Voorwaardelijke opzet is als je er rekening mee houdt dat je gedrag een bepaald gevolg kan hebben en er toch mee doorgaat. Iemand schiet met een pistool, wetend dat hij een ander zou kunnen raken. Als dat gebeurt is sprake van voorwaardelijke opzet. Het tegenovergestelde van opzettelijk is per ongeluk. In het strafrecht is opzet nodig om te kunnen spreken van een ernstig misdrijf.