terug naar zoekresultaten voor 'ik'

kanunnik

Een kanunnik was een geestelijke die leefde volgens een voorschrift dat het leven in een eigen gemeenschap (kapittel) regelde, evenals het gemeenschappelijk gebed in het koor van de rooms-katholieke kerk (kanunnik betekent koorheer). Kanunikken waren (en zijn) niet alleen verbonden aan bisschopskerken (kathedralen), maar ook aan veel andere kerken (collegiale kerken). Reguliere kanunniken waren koorheren die volgens een kloosterregel leefden. Seculiere (wereldlijke) kanunniken konden privé-bezit en vermogen hebben.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Wie schreef de opera Le nozze di Figaro?


JUIST!NIET JUIST!

Mozart

pidgin

\'Werktaal\' tussen mensen die geen gemeenschappelijke taal hebben, maar toch moeten samenwerken of handeldrijven. Basis is een samenraapsel van uitdrukkingen, constructies en woorden uit de moedertalen van de deelnemers. Pidgins hebben een beperkt vocabulaire, een beperkte grammatica, en dus beperkte mogelijkheden. Ze kunnen zeer lang bestaan als \'markttaal\', die door niemand thuis gebezigd wordt, zoals het Sabir, dat vanaf de Middeleeuwen tot in de twintigste eeuw langs de kusten van de Middellandse Zee in gebruik was. Wordt een pidgin eenmaal de moedertaal van een nieuwe generatie, dan spreken we van een creooltaal.
Zie ook
creolistiek.