terug naar zoekresultaten voor 'ik'

Archimedes

(287 v. Chr. - 212 v. Chr.) Grieks wis- , natuur- en sterrenkundige. Kan beschouwd worden als de grootste wetenschapper uit de Klassieke Oudheid. In de wiskunde bekend geworden, o.a. door zijn afschatting van de grootte van het getal Pi , de inhoudsberekening van de Bol en van de afgeknotte Omwentelingsparaboloïde als voorlopers (in beginsel althans) van de
integraalrekening welke later door Leibniz en Newton ten volle is ontworpen en toegepast. Hij ontdekte het samenkomen van lichtstralen van de zon in het brandpunt van een parabolische spiegel, als deze lichtstralen  evenwijdig aan de as ervan op de binnenwand van zo'n spiegel vallen en gebruikte die kennis: volgens overlevering gebruikte hij zo'n 150 rechte spiegels (opgesteld op een parabool, zie plaatje) om op die manier de schepen van tegenstanders in brand te doen steken tijdens de Tweede Punische Oorlog (tussen Rome en Carthago) ten behoeve van de verdediging van zijn geboortestad Syracuse. 

 Zie ook Archimedes in het hoofdstuk Natuurkunde

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Wie schreef de opera Le nozze di Figaro?


JUIST!NIET JUIST!

Mozart

pidgin

\'Werktaal\' tussen mensen die geen gemeenschappelijke taal hebben, maar toch moeten samenwerken of handeldrijven. Basis is een samenraapsel van uitdrukkingen, constructies en woorden uit de moedertalen van de deelnemers. Pidgins hebben een beperkt vocabulaire, een beperkte grammatica, en dus beperkte mogelijkheden. Ze kunnen zeer lang bestaan als \'markttaal\', die door niemand thuis gebezigd wordt, zoals het Sabir, dat vanaf de Middeleeuwen tot in de twintigste eeuw langs de kusten van de Middellandse Zee in gebruik was. Wordt een pidgin eenmaal de moedertaal van een nieuwe generatie, dan spreken we van een creooltaal.
Zie ook
creolistiek.