terug naar zoekresultaten voor 'ik'

minderheidstalen

Talen die in een land naast de officiële landstaal binnen een stabiele groep of regio omgangstaal zijn buiten het gezin. In Nederland zijn dat bijvoorbeeld het Fries, het Sranantongo en het Papiamento, beide creooltalen, het Chinees en het Jiddisch dat nog sporadisch onder de joodse bevolking gesproken wordt. Minderheidstalen zijn vaak maar niet altijd gebonden aan immigratiestromen. Zo hebben de minderheidstalen Fries en Nederlandse Gebarentaal niets met immigratie van doen, maar de grootste minderheidstalen in Nederland, het Turks en het Berber (dat is geen Arabisch) dat de meerderheid van de Nederlandse Marokkanen spreekt, weer wel. Omgekeerd leidt niet elke immigratiestroom tot een minderheidstaal: de Italianen en Spanjaarden die in de vorige eeuw in groten getale naar Nederland kwamen, hebben geen taalgemeenschap gevormd maar zijn vernederlandst. Van de instromers uit voormalig Nederlands-Indië, begin 21ste eeuw nog altijd de allergrootste groep immigranten, gebruiken eigenlijk alleen de Molukse gemeenschappen het Maleis daadwerkelijk nog als omgangstaal. Het bestaan van een minderheidstaal wijst soms op maatschappelijk isolement, maar weerspiegelt vaak ook alleen de ontstaansgeschiedenis van een land.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Wie schreef de opera Le nozze di Figaro?


JUIST!NIET JUIST!

Mozart

pidgin

\'Werktaal\' tussen mensen die geen gemeenschappelijke taal hebben, maar toch moeten samenwerken of handeldrijven. Basis is een samenraapsel van uitdrukkingen, constructies en woorden uit de moedertalen van de deelnemers. Pidgins hebben een beperkt vocabulaire, een beperkte grammatica, en dus beperkte mogelijkheden. Ze kunnen zeer lang bestaan als \'markttaal\', die door niemand thuis gebezigd wordt, zoals het Sabir, dat vanaf de Middeleeuwen tot in de twintigste eeuw langs de kusten van de Middellandse Zee in gebruik was. Wordt een pidgin eenmaal de moedertaal van een nieuwe generatie, dan spreken we van een creooltaal.
Zie ook
creolistiek.