terug naar zoekresultaten voor 'ik'

Chomsky

Noam (1928) Amerikaanse taalkundige, grondlegger van en nog altijd centrale figuur binnen de generatieve taalkunde. Die probeert het aangeboren vermogen te doorgronden en te beschrijven dat alle mensen, ongeacht hun intelligentie, in staat stelt ongeveer even snel de taal van hun omgeving te leren. Daarmee verschoof het zwaartepunt binnen het taalkundig onderzoek van het zo gedetailleerd mogelijk beschrijven van talen, naar de vraag hoe pasgeborenen al die verschillende talen kunnen leren, kortom: naar de vraag wat de gemeenschappelijke basis van al die talen is. De taalkunde luidde door die invalshoek mede het begin in van wat later de cognitiewetenschappen ging heten: het onderzoek naar de werking van 'hogere hersenfuncties' zoals zien, geheugen, aandacht en bewustzijn.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Wie schreef de opera Le nozze di Figaro?


JUIST!NIET JUIST!

Mozart

pidgin

\'Werktaal\' tussen mensen die geen gemeenschappelijke taal hebben, maar toch moeten samenwerken of handeldrijven. Basis is een samenraapsel van uitdrukkingen, constructies en woorden uit de moedertalen van de deelnemers. Pidgins hebben een beperkt vocabulaire, een beperkte grammatica, en dus beperkte mogelijkheden. Ze kunnen zeer lang bestaan als \'markttaal\', die door niemand thuis gebezigd wordt, zoals het Sabir, dat vanaf de Middeleeuwen tot in de twintigste eeuw langs de kusten van de Middellandse Zee in gebruik was. Wordt een pidgin eenmaal de moedertaal van een nieuwe generatie, dan spreken we van een creooltaal.
Zie ook
creolistiek.