terug naar zoekresultaten voor 'ik'

allochtoon

Allochtoon (oorspronkelijk Grieks: allos = ander; chtoon = land) betekent: vanuit een andere samenleving en cultuur afkomstig dan die waarin men zich nieuw gevestigd heeft. In tegenstelling tot 'autochtoon'.

Sinds 2016 spreken we in Nederland in plaats van over allochtonen, over 'Nederlanders met een migratieachtergrond'. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)) onderscheidt 'westerse' en 'niet-westerse' Nederlanders met migratieachtergrond.
Een Nederlander met een niet-westerse migratieachtergrond is iemand van wie ten minste één ouder is geboren in Afrika, Latijns-Amerika en Azië (exclusief Indonesië en Japan) of Turkije.
Een Nederlander met een westerse migratieachtergrond is iemand van wie ten minste één ouder is geboren in Europa (exclusief Turkije), Noord-Amerika en Oceanië. Op grond van hun sociaal-economische en sociaal-culturele positie worden Nederlanders van wie ten minste één ouder in Indonesië of Japan is geboren, eveneens tot Nederlanders met een westerse migratieachtergrond gerekend. Het gaat daarbij vooral om personen die zelf, of van wie ten minste één ouder, in het voormalig Nederlands-Indië zijn geboren en werknemers van Japanse bedrijven met hun gezin.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Wie schreef de opera Le nozze di Figaro?


JUIST!NIET JUIST!

Mozart

pidgin

\'Werktaal\' tussen mensen die geen gemeenschappelijke taal hebben, maar toch moeten samenwerken of handeldrijven. Basis is een samenraapsel van uitdrukkingen, constructies en woorden uit de moedertalen van de deelnemers. Pidgins hebben een beperkt vocabulaire, een beperkte grammatica, en dus beperkte mogelijkheden. Ze kunnen zeer lang bestaan als \'markttaal\', die door niemand thuis gebezigd wordt, zoals het Sabir, dat vanaf de Middeleeuwen tot in de twintigste eeuw langs de kusten van de Middellandse Zee in gebruik was. Wordt een pidgin eenmaal de moedertaal van een nieuwe generatie, dan spreken we van een creooltaal.
Zie ook
creolistiek.