verzuiling
Aanduiding voor het verschijnsel dat in Nederland tot in de jaren zestig het maatschappelijk-politieke leven werd geregeld door organisaties met verschillende ideologisch-levensbeschouwelijke opvattingen. Protestants-christelijke, Roomskatholieke, socialistische, algemeen humanistische. Zij werden 'zuilen' genoemd en omspanden bijna het hele leven: onderwijs, vakbond, media, politieke partij) en vrijetijdsbesteding. De term zuil duidt zowel op de bemoeienis van begin (onder) tot eind (boven) – van wieg tot graf – maar ook op het feit dat de zuilen samen het politieke gebouw droegen. Er was immers wel sprake van samenwerking en coalities tussen de verschillende organisaties. Vooral door secularisatie brokkelden de zuilen af.
Wie schreef de roman over Don Quichot, de edelman die vocht tegen windmolens ?
natura non facit saltus
De natuur maakt geen sprongen (Aristoteles). Klassieke verwoording van het principe van de continuïteit. Er bestaan geen onverklaarbare abrupte overgangen; alles ontwikkelt zich volgens de wetten van oorzaak en gevolg, als je maar goed kijkt.