terug naar zoekresultaten voor 'ik'

Nobelprijswinnaars uit Nederland

Nobelprijswinnaars uit Nederland in de natuurkunde en de scheikunde:
1901 J.H. van 't Hoff
1902 H.A. Lorentz en P. Zeeman
1910 J.D. van der Waals (natuurkunde)
1913 H. Kamerlingh Onnes (natuurkunde)
1936 P.J.W. Debye (scheikunde)
1953 F. Zernike (natuurkunde)
1981 N. Bloembergen (natuurkunde) samen met L. Schawlow (Verenigde Staten) en F. Siegbahn (Zweden)
1984 S. van der Meer (natuurkunde) samen met C.Rubbia (Italië)
1995 P. Crutzen (scheikunde) samen met M. Molino en F.S. Rowland (beiden Verenigde Staten)
1999 G. 't Hooft en M.J.G. Veltman (natuurkunde)

De in de periode 1901-1913 toegekende prijzen wijzen op het opmerkelijke bestaan van een indrukwekkende wetenschappelijke elite aan het einde van de negentiende eeuw in Nederland. Die is mogelijk een gevolg van de calvinistische cultuur in een tijd van sterke economische expansie en technische vooruitgang, van het halverwege de negentiende eeuw oprichten van een voortreffelijke onderwijsinstelling als de HBS en van een ingrijpende hervorming van het universitaire systeem in 1877, die vooral het wetenschappelijk onderzoek zeer bevorderde.
Veel van de latere prijswinnaars verrichtten hun bekroonde werk in het buitenland: Debye in Duitsland en de Verenigde Staten; Bloembergen in de Verenigde Staten en Van der Meer bij CERN in Genève. Crutzen studeerde en werkte steeds in het buitenland.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Wie schreef de opera Le nozze di Figaro?


JUIST!NIET JUIST!

Mozart

pidgin

\'Werktaal\' tussen mensen die geen gemeenschappelijke taal hebben, maar toch moeten samenwerken of handeldrijven. Basis is een samenraapsel van uitdrukkingen, constructies en woorden uit de moedertalen van de deelnemers. Pidgins hebben een beperkt vocabulaire, een beperkte grammatica, en dus beperkte mogelijkheden. Ze kunnen zeer lang bestaan als \'markttaal\', die door niemand thuis gebezigd wordt, zoals het Sabir, dat vanaf de Middeleeuwen tot in de twintigste eeuw langs de kusten van de Middellandse Zee in gebruik was. Wordt een pidgin eenmaal de moedertaal van een nieuwe generatie, dan spreken we van een creooltaal.
Zie ook
creolistiek.