Industriële Revolutie

De Industriële Revolutie speelde zich ongeveer af tussen 1750 en 1850. Niet zozeer een directe omwenteling, als wel een snelle ontwikkeling in West-Europa op technisch en economisch gebied met grote sociale gevolgen. Kenmerkend is dat de goederenproductie zich van de huisnijverheid ging verplaatsen naar fabrieken. Daar kon met behulp van machines op massale schaal worden geproduceerd.
De Industriële Revolutie is in Engeland begonnen, gestimuleerd door een overschot aan kapitaal en goedkope arbeidskrachten uit de landbouw, in combinatie met technische uitvindingen als de stoommachine, het mechanisch weefgetouw en nieuwe gietprocédés in de metaalnijverheid. Het veroorzaakte de groei van grote industriesteden (urbanisatie) en het ontstaan van een klasse van fabrieksarbeiders (proletariaat) die vaak op de rand van het bestaansminimum leefden.
In Nederland kreeg de Industriële Revolutie pas in de tweede helft van de negentiende eeuw betekenis.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke veldheer trok met zijn leger en olifanten over de Alpen naar Italië?


JUIST!NIET JUIST!

Hannibal

opzet

Heeft betrekking op de wil van iemand die een handeling verricht. Een opzettelijke daad wordt met de wil op, of in ieder geval de acceptatie van, een bepaalde uitkomst verricht. Je weet wat je doet en wat de gevolgen kunnen zijn. Er wordt dan ook wel gesproken van \'willens en wetens\'. Doelbewuste opzet op het doden van iemand door een pistoolschot is willen dat die persoon overlijdt als gevolg van het pistoolschot. Voorwaardelijke opzet is als je er rekening mee houdt dat je gedrag een bepaald gevolg kan hebben en er toch mee doorgaat. Iemand schiet met een pistool, wetend dat hij een ander zou kunnen raken. Als dat gebeurt is sprake van voorwaardelijke opzet. Het tegenovergestelde van opzettelijk is per ongeluk. In het strafrecht is opzet nodig om te kunnen spreken van een ernstig misdrijf.