Opperlands
Verzamelnaam voor vele vormen van spelen met taal, naar het boek Opperlandse taal- & letterkunde van Battus, pseudoniem van Hugo Brandt Corstius (1935-2014) . Tot het Opperlands behoort onder andere het vinden en vervaardigen van palindromen (woorden of zinnen die van links naar rechts gelezen en andersom identiek zijn, zoals 'lepel' of 'Gewiekst rooft 'n oma Montfoorts kei weg'), o-sproken, e-legendes en u-kluchten (teksten met uitsluitend de genoemde klinker erin, behorend tot de familie der lipogrammen; 'lipo', Latijn voor 'ik laat weg') en pangrammen (zo kort mogelijke zinnen met alle letters van het alfabet erin). Bij de tweede editie van het boek (in 2002) doopte Battus de term Opperlands overigens om in het fonetischere Opperlans.
Welk zeilschip werd vanaf de 17e eeuw gebruikt als vrachtschip voor de binnenwateren?
oligarchie
(Grieks: oligos = weinig, archein = heersen) Dus regeren door enkelen. De term is afkomstig uit de Politeia van Plato en vormt een van zijn drie slechte regeringsvormen. Voorbeelden van oligarchieën waren de Griekse stadstaten Athene en Sparta gedurende bepaalde perioden van hun bestaan. Hetzelfde geldt voor de Hollandse steden tijdens de Republiek.
Zie ook communisme en fascisme.