Chomsky

Noam (1928) Amerikaanse taalkundige, grondlegger van en nog altijd centrale figuur binnen de generatieve taalkunde. Die probeert het aangeboren vermogen te doorgronden en te beschrijven dat alle mensen, ongeacht hun intelligentie, in staat stelt ongeveer even snel de taal van hun omgeving te leren. Daarmee verschoof het zwaartepunt binnen het taalkundig onderzoek van het zo gedetailleerd mogelijk beschrijven van talen, naar de vraag hoe pasgeborenen al die verschillende talen kunnen leren, kortom: naar de vraag wat de gemeenschappelijke basis van al die talen is. De taalkunde luidde door die invalshoek mede het begin in van wat later de cognitiewetenschappen ging heten: het onderzoek naar de werking van 'hogere hersenfuncties' zoals zien, geheugen, aandacht en bewustzijn.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke veldheer trok met zijn leger en olifanten over de Alpen naar Italië?


JUIST!NIET JUIST!

Hannibal

opzet

Heeft betrekking op de wil van iemand die een handeling verricht. Een opzettelijke daad wordt met de wil op, of in ieder geval de acceptatie van, een bepaalde uitkomst verricht. Je weet wat je doet en wat de gevolgen kunnen zijn. Er wordt dan ook wel gesproken van \'willens en wetens\'. Doelbewuste opzet op het doden van iemand door een pistoolschot is willen dat die persoon overlijdt als gevolg van het pistoolschot. Voorwaardelijke opzet is als je er rekening mee houdt dat je gedrag een bepaald gevolg kan hebben en er toch mee doorgaat. Iemand schiet met een pistool, wetend dat hij een ander zou kunnen raken. Als dat gebeurt is sprake van voorwaardelijke opzet. Het tegenovergestelde van opzettelijk is per ongeluk. In het strafrecht is opzet nodig om te kunnen spreken van een ernstig misdrijf.