sonnet
Dichtvorm van veertien regels, meestal verdeeld over vier coupletten. De eerste twee bestaan uit vier regels (kwatrijnen, die samen het octaaf heten) De laatste twee bestaan uit drie regels (terzinen, die samen sextet heten). Tussen octaaf en sextet is er vaak een inhoudelijke wending, volta of chute genaamd. Bijvoorbeeld van droom naar werkelijkheid. Het sonnet was zeer populair in de Renaissance, vooral door het voorbeeld van Petrarca. Nederlandse sonnettendichters zijn onder anderen Hooft, De Harduwijn en Revius en later verschillende Tachtigers.
Zie ook in het hoofdstuk Literatuur Internationaal.
Welk zeilschip werd vanaf de 17e eeuw gebruikt als vrachtschip voor de binnenwateren?
adaptatie
Adaptatie is de wijze waarop een levend organisme zich aanpast aan een wijziging van zijn leefomstandigheden. Dat kan gaan om een tijdelijke verandering bij een kortdurende wijziging, zoals vogels die bij felle kou hun verenpak opzetten. De leefomgeving kan ook blijvend veranderen, waardoor sommige organismen bepaalde blijvende eigenschappen ontwikkelen. Deze veranderingen worden erfelijk vastgelegd en aan het nageslacht doorgeven. Zo merkte Darwin op dat de door hem bestudeerde vinken verschillende snavels ontwikkelden al naargelang de omgeving waarin zij leefden.