sonnet

Dichtvorm van veertien regels, meestal verdeeld over vier coupletten. De eerste twee bestaan uit vier regels (kwatrijnen, die samen het octaaf heten) De laatste twee bestaan uit drie regels (terzinen, die samen sextet heten). Tussen octaaf en sextet is er vaak een inhoudelijke wending, volta of chute genaamd. Bijvoorbeeld van droom naar werkelijkheid. Het sonnet was zeer populair in de Renaissance, vooral door het voorbeeld van Petrarca. Nederlandse sonnettendichters zijn onder anderen Hooft, De Harduwijn en Revius en later verschillende Tachtigers.
Zie ook in het hoofdstuk Literatuur Internationaal.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welk symbool staat voor hoop?


JUIST!NIET JUIST!

anker

Literatuur: Internationale literatuur > titels en hoofdpersonen

Macbeth

Hoofdpersoon van tragedie (1606) van Shakespeare, over een Schotse generaal die van een drietal heksen te horen krijgt dat hij koning zal worden, en die, aangespoord door een zeer ambitieuze echtgenote, op bloedige wijze de kroon verwerft en weer kwijtraakt. Zijn bekendste monoloog begint met de woorden \'Tomorrow, and tomorrow, and tomorrow/ Creeps in this petty pace from day to day\'.