Guido Gezelle
(1830-1899) Beroemdste Vlaamse dichter van religieuze natuurpoëzie. Wordt gezien als een der eerste beoefenaars van de moderne lyriek. Hij schreef o.a. Vlaemsche dichtoefeningen (1858), waar het gedicht O 't ruischen van 't ranke riet in voorkomt. Zijn oeuvre omvat verder de beroemd geworden bundels Kerkhofblommen (1858)en Kleengedichtjes (1868).
In 1991 verscheen Mijnheer Gezelle. Biografie van een priester-dichter, geschreven door Michel van der Plas.
Hoe heet de psychische stoornis waarbij men continu gericht is op eigen lichamelijke schoonheid, prestaties en uitstraling?
ethiek
Zedenleer, moraalfilosofie. Het praktische deel van de filosofie dat zich bezighoudt met de bestudering van de zeden en probeert vast te stellen wat goed is en wat slecht. De ethiek kan beschrijvend zijn of normatief en in dat laatste geval stelt ze normen, voorschriften en wetten op. De normatieve ethiek probeert dus vragen te beantwoorden als: \'Wat is goed?\' \'Hoe moeten we handelen?\' \'Waarom moeten we zo handelen?\'