waterstof

Het lichtste chemische element, met als symbool H (hydrogenium in het Latijn). Het waterstofatoom bezit een enkel proton als kern met daaromheen een elektron. In de sterren en de interstellaire ruimte is waterstof het meest voorkomende atoom. Op aarde komt het - behalve in het laboratorium - slechts als tweeatomig molecuul (H2) voor, of gebonden aan andere elementen. Waterstof wordt veel als brandstof gebruikt en vormt daarbij met zuurstof (O2) water (H2O). Behalve bij zeer lage temperatuur is waterstof een gas, dat vroeger voor het vullen van ballonnen en Zeppelins werd gebruikt. Wegens de grote brandbaarheid gebruikt men tegenwoordig liever het zwaardere en duurdere, maar onbrandbare helium. Als energiedrager heeft waterstof waarschijnlijk een grote toekomst. Het kan uit water worden gemaakt via elektrolyse, waarbij de benodigde energie wordt geleverd in de vorm van elektriciteit. Vervolgens kan het gas worden verbrand (net als aardgas) maar het kan ook met behulp van brandstofcellen rechtsreeks elektriciteit leveren, bijvoorbeeld om een elektromotor aan te drijven. Een groot nadeel is vooralsnog dat waterstof niet gemakkelijk is in te zetten voor mobiele toepassingen als vervanger van benzine: om een voldoend grote afstand te kunnen rijden moeten hogedruktanks of andere zware c.q. volumineuze opslagsystemen worden meegenomen.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke veldheer trok met zijn leger en olifanten over de Alpen naar Italië?


JUIST!NIET JUIST!

Hannibal

opzet

Heeft betrekking op de wil van iemand die een handeling verricht. Een opzettelijke daad wordt met de wil op, of in ieder geval de acceptatie van, een bepaalde uitkomst verricht. Je weet wat je doet en wat de gevolgen kunnen zijn. Er wordt dan ook wel gesproken van \'willens en wetens\'. Doelbewuste opzet op het doden van iemand door een pistoolschot is willen dat die persoon overlijdt als gevolg van het pistoolschot. Voorwaardelijke opzet is als je er rekening mee houdt dat je gedrag een bepaald gevolg kan hebben en er toch mee doorgaat. Iemand schiet met een pistool, wetend dat hij een ander zou kunnen raken. Als dat gebeurt is sprake van voorwaardelijke opzet. Het tegenovergestelde van opzettelijk is per ongeluk. In het strafrecht is opzet nodig om te kunnen spreken van een ernstig misdrijf.