Thor
(Germaans: Donar) In de Noord-Europese mythologie de zoon van Odin en Fjorgyn. Hij was een god van de vruchtbaarheid en de donder. Hij stond voor ordeschepper tegenover de chaos. Het onweer werd veroorzaakt door zijn wagen, waarmee hij door de hemel reed. Als kind al was hij sterk, en daarnaast moeilijk opvoedbaar. Daarom werd hij opgevoed door twee bliksemgeesten, Vingir en Hlora. Hij groeide uit tot een enorme man, bijna een reus, met dezelfde kracht, en zijn hamer Mjöllnir maakte hem nog sterker. Met zijn hamer die altijd doel trof en dan weer in zijn hand terugkwam, vocht hij tegen reuzen.
Bij welke regeringsvorm wordt er door enkelen geregeerd?
Macbeth
Hoofdpersoon van tragedie (1606) van Shakespeare, over een Schotse generaal die van een drietal heksen te horen krijgt dat hij koning zal worden, en die, aangespoord door een zeer ambitieuze echtgenote, op bloedige wijze de kroon verwerft en weer kwijtraakt. Zijn bekendste monoloog begint met de woorden \'Tomorrow, and tomorrow, and tomorrow/ Creeps in this petty pace from day to day\'.