anesthetica

Anesthetica (synoniem: verdovingsmiddelen) zijn stoffen die gevoelloosheid, al dan niet met bewustzijnsverlies, teweegbrengen. Er zijn inhalatie‑anesthetica, die via de longen worden toegediend (bijvoorbeeld lachgas en halothaan) en anesthetica die met een injectie worden toegediend. Dat laatste gebeurt ofwel bij de inleiding van de verdoving ofwel als continu infuus bij het laten voortduren ervan. Bij anesthesie zonder bewustzijnsverlies wordt gebruikgemaakt van stoffen die alleen plaatselijk verdoven. Gevoelloosheid kan ook worden bereikt door de zenuwgeleiding bij of in het ruggenmerg te onderbreken met behulp van een plaatselijk werkend verdovingsmiddel. Bijvoorbeeld voor operaties aan romp (zoals bij keizersnede) en benen.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke klier in het menselijk lichaam maakt insuline aan?


JUIST!NIET JUIST!

alvleesklier

Levenswetenschappen > biologie (o.a anatomie en fysiologie) en scheikunde

adaptatie

Adaptatie is de wijze waarop een levend organisme zich aanpast aan een wijziging van zijn leefomstandigheden. Dat kan gaan om een tijdelijke verandering bij een kortdurende wijziging, zoals vogels die bij felle kou hun verenpak opzetten. De leefomgeving kan ook blijvend veranderen, waardoor sommige organismen bepaalde blijvende eigenschappen ontwikkelen. Deze veranderingen worden erfelijk vastgelegd en aan het nageslacht doorgeven. Zo merkte Darwin op dat de door hem bestudeerde vinken verschillende snavels ontwikkelden al naargelang de omgeving waarin zij leefden.