IRT-affaire

De IRT-affaire betrof het Interregionaal Rechercheteam. In 1994 werd een parlementaire enquête gehouden naar de opsporingsmethoden van dit team bij de bestrijding van georganiseerde criminaliteit. Aanleiding was een verklaring uit 1993 van de Amsterdamse burgemeester Van Thijn, hoofdcommissaris van politie Nordholt en hoofdofficier van justitie Vrakking, waarin zij hun medewerking aan het IRT opzeiden. Openlijk distantieerden zij zich van de IRT-methode, waarbij infiltranten zelf drugs importeerden in de hoop grote bendes op te sporen. Door deze dubieuze methode was het bewijsmateriaal onbruikbaar in de rechtszaal.
De in gestelde onderzoekscommissie-Wieringa concludeerde echter dat het IRT een succesvol en goedlopend team was geweest, dat onnodig was opgeheven. Dat kostte de verantwoordelijke ministers Hirsch Ballin (Justitie) en Van Thijn (Binnenlandse Zaken) de kop. Hierna besloot de Tweede Kamer tot een parlementaire enquête. In het eindrapport van enquêtevoorzitter Van Traa concludeerde men dat voortaan alleen wettelijk getoetste opsporingsmethoden gebruikt mogen worden.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke veldheer trok met zijn leger en olifanten over de Alpen naar Italië?


JUIST!NIET JUIST!

Hannibal

opzet

Heeft betrekking op de wil van iemand die een handeling verricht. Een opzettelijke daad wordt met de wil op, of in ieder geval de acceptatie van, een bepaalde uitkomst verricht. Je weet wat je doet en wat de gevolgen kunnen zijn. Er wordt dan ook wel gesproken van \'willens en wetens\'. Doelbewuste opzet op het doden van iemand door een pistoolschot is willen dat die persoon overlijdt als gevolg van het pistoolschot. Voorwaardelijke opzet is als je er rekening mee houdt dat je gedrag een bepaald gevolg kan hebben en er toch mee doorgaat. Iemand schiet met een pistool, wetend dat hij een ander zou kunnen raken. Als dat gebeurt is sprake van voorwaardelijke opzet. Het tegenovergestelde van opzettelijk is per ongeluk. In het strafrecht is opzet nodig om te kunnen spreken van een ernstig misdrijf.