heerlijkheid
Rechten met betrekking tot een bepaald gebied met daaraan verbonden inkomsten (onder andere belastingen) en verplichtingen (bescherming, ordehandhaving). Oorspronkelijk bezit van een overheid, maar in handen geraakt van een privé-persoon. Deze beschikte erover als over zijn eigen bezit. De term werd ook gebruikt voor het gebied waarbinnen deze rechten werden uitgeoefend. Het verschijnsel heerlijkheid ontstond in de negende eeuw en bleef tot het einde van het Ancien Régime bestaan.
Wie werd in het bijbelboek Genisis verkocht door zijn broers en kwam in Egypte terecht?
temperamenten
Oorspronkelijk de naam voor vier persoonlijkheidstypen die al in de Oudheid onderscheiden werden: het sanguïnische, flegmatische, cholerische en melancholische temperament. Tegenwoordig de naam voor persoonlijkheidsverschillen die in de kinderjaren blijken en tot op zekere hoogte erfelijk zijn. Het gaat daarbij om zaken als de felheid waarmee op prikkels wordt gereageerd, het algemene energie‑ en activiteitsniveau en de mate van extraversie.