Griekenland: Parthenon
Het centrale bouwwerk op de Acropolis in Athene, daterend uit de vijfde eeuw v. Chr. Het diende in de klassieke tijd als tempel gewijd aan de godin Athene. Het is een Dorische tempel met 46 zuilen van ongeveer tien meter hoog rond een rechthoekige ruimte, het periptoros. De bouwers maakten gebruik van hulpmiddelen om de robuuste indruk te versterken. Zo zijn de zuilen niet overal even dik en hellen ze iets naar binnen en is de tempel in het midden iets verhoogd. Het Parthenon werd het voorbeeld voor veel Griekse en Romeinse gebouwen.
Welke (kinderboeken)auteur werd geprezen om haar vertalingen van de Ilias en de Odyssee?
Thor
(Germaans: Donar) In de Noord-Europese mythologie de zoon van Odin en Fjorgyn. Hij was een god van de vruchtbaarheid en de donder. Hij stond voor ordeschepper tegenover de chaos. Het onweer werd veroorzaakt door zijn wagen, waarmee hij door de hemel reed. Als kind al was hij sterk, en daarnaast moeilijk opvoedbaar. Daarom werd hij opgevoed door twee bliksemgeesten, Vingir en Hlora. Hij groeide uit tot een enorme man, bijna een reus, met dezelfde kracht, en zijn hamer Mjöllnir maakte hem nog sterker. Met zijn hamer die altijd doel trof en dan weer in zijn hand terugkwam, vocht hij tegen reuzen.