Augustinus

Augustinus (354-430) was een kerkvader en filosoof, bisschop van Hippo Regius (het huidige Annaba, Algerije). Zijn invloed op de geloofsinhouden van het westerse christendom valt niet te overschatten. Hij integreert het neoplatonisme in de rooms-katholieke theologie. Zijn betekenis voor de filosofie is beperkt, zij het dat hij als eerste een filosofie van de tijd heeft ontwikkeld die nog steeds vruchtbaar is. Voor hem staat de onfeilbaarheid van de Heilige Schrift voorop, de filosofie dient voor het geloof te wijken. Ware kennis vloeit slechts voort uit geloof. Hij is een voorvechter van de theorie van de predestinatie. Na de zondeval is de mens geneigd tot zonde; hij is volstrekt onbekwaam om zijn eigen heil te bewerkstelligen. Of iemand al dan niet gered wordt is enkel en alleen afhankelijk van Gods genade. Het is God die uitkiest wie gered wordt en wie niet. In zijn beroemde autobiografie Confessiones (Belijdenissen) beschrijft hij openhartig zijn losbandige jeugd en zijn late bekering tot het woord van God.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Wie schreef het sprookje 'De nieuwe kleren van de keizer'?


JUIST!NIET JUIST!

Hans Christian Andersen

Levenswetenschappen > biologie (o.a anatomie en fysiologie) en scheikunde

adaptatie

Adaptatie is de wijze waarop een levend organisme zich aanpast aan een wijziging van zijn leefomstandigheden. Dat kan gaan om een tijdelijke verandering bij een kortdurende wijziging, zoals vogels die bij felle kou hun verenpak opzetten. De leefomgeving kan ook blijvend veranderen, waardoor sommige organismen bepaalde blijvende eigenschappen ontwikkelen. Deze veranderingen worden erfelijk vastgelegd en aan het nageslacht doorgeven. Zo merkte Darwin op dat de door hem bestudeerde vinken verschillende snavels ontwikkelden al naargelang de omgeving waarin zij leefden.