Virginia Woolf
(1882-1941) Engelse schrijfster, lid van de Bloomsbury Group, literair critica en emancipatoir essayiste, zoals in A Room of One's Own (1929). Haar modernistische romans (Mrs Dalloway, 1925; To the Lighthouse, 1927; The Waves, 1931), bieden een intens lyrische weergave van het menselijk bewustzijn; Orlando (1928), over iemand die door de eeuwen heen van sekse wisselt, is een parodie op het genre van de biografie.
Clarissa Dalloway is de heldin van Woolfs roman Mrs Dalloway, over een dag uit het leven van een Londense society-dame - verteld in haar eigen stream of consciousness en gecontrasteerd met het verhaal van een soldaat met shellshock die zelfmoord pleegt.
Welke (kinderboeken)auteur werd geprezen om haar vertalingen van de Ilias en de Odyssee?
Thor
(Germaans: Donar) In de Noord-Europese mythologie de zoon van Odin en Fjorgyn. Hij was een god van de vruchtbaarheid en de donder. Hij stond voor ordeschepper tegenover de chaos. Het onweer werd veroorzaakt door zijn wagen, waarmee hij door de hemel reed. Als kind al was hij sterk, en daarnaast moeilijk opvoedbaar. Daarom werd hij opgevoed door twee bliksemgeesten, Vingir en Hlora. Hij groeide uit tot een enorme man, bijna een reus, met dezelfde kracht, en zijn hamer Mjöllnir maakte hem nog sterker. Met zijn hamer die altijd doel trof en dan weer in zijn hand terugkwam, vocht hij tegen reuzen.
