Spaanse griep

De Spaanse griep duurde van 1918 tot 1919 was een grote griepepidemie ('pandemie') tegen het einde van de Eerste Wereldoorlog. Ontstond niet in Spanje maar hoogstwaarschijnlijk in de Verenigde Staten en werd door Amerikaanse soldaten meegenomen naar Europa. Toen er in Spanje mensen aan stierven werd er daar in de kranten het eerst over bericht, vandaar de naamgeving. Van de Amerikanse soldaten in Europa stierven er 43.000 aan deze griep, tegen 50.000 aan gevechtshandelingen. In het neutrale Nederland stierven 27.000 personen aan besmetting met het toen nog onbekende griepvirus. Wereldwijd ging het naar schatting om twintig tot veertig miljoen doden. De ziekte trof merkwaardigerwijs vooral mensen in de leeftijdscategorie met het sterkste immuunsysteem, jongeren en volwassenen tot een jaar of 40. Vandaar ook het grote aantal doden onder de soldaten.
Deze pandemie was een rechtstreeks gevolg van de wereldoorlog, omdat in die jaren alleen de massale troepenverplaatsingen, ook nadat de oorlog was afgelopen, de verspreiding over zoveel landen mogelijk maakte.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welk zeilschip werd vanaf de 17e eeuw gebruikt als vrachtschip voor de binnenwateren?


JUIST!NIET JUIST!

tjalk

oligarchie

(Grieks: oligos = weinig, archein = heersen) Dus regeren door enkelen. De term is afkomstig uit de Politeia van Plato en vormt een van zijn drie slechte regeringsvormen. Voorbeelden van oligarchieën waren de Griekse stadstaten Athene en Sparta gedurende bepaalde perioden van hun bestaan. Hetzelfde geldt voor de Hollandse steden tijdens de Republiek.
Zie ook
communisme en fascisme.