ontginningen in de 11e en 12 eeuw
Vanaf ongeveer het jaar 1000 begonnen mensen met ontginningen. In Zuid-Holland bijvoorbeeld waren er moerassige veengebieden die werden ontgonnen. Dat wil zeggen dat deze gebieden door middel van menselijke arbeid en gereedschap geschikt gemaakt werden voor landbouw. Daardoor werd het landbouwgebied vele malen groter. Om dit te beschermen werden er dijken aangelegd, onder het motto: 'wie water deert, die water keert'. Voor de afwatering werden sluizen gebouwd. Zo ontstonden talloze polders. In dezelfde tijd begon men ook in Noord-Brabant met grootschalige ontginningen van bossen, venen en heidegronden. Dat leidde in beide provincies tot opbloei van agrarische activiteit en bevolkingsgroei.
Welke schrijver uit de Griekse oudheid schreef fabels zoals De haas en de schildpad?
sociale cohesie
Mate waarin burgers in de maatschappij verbondenheid ervaren en zich medeverantwoordelijk voelen voor het algemeen welzijn. Staat tegenover \'ieder voor zich\'.