schoolstrijd

De schoolstrijd ging om de vraag of ook scholen op religieuze grondslag door de staat moesten worden gefinancierd. In de Franse (revolutionaire) tijd kwam in 1806 een eerste schoolwet tot stand. De staat moest alleen voor openbare scholen zorgen waar kinderen van alle geloven heen konden gaan. Scholen op religieuze grondslag kregen geen subsidie. In christelijke kring was men woedend. De strijd om de financiële gelijkstelling van openbaar en bijzonder onderwijs zou tot in de volgende eeuw duren.
Toen de schoolwet van 1878 de eisen waaraan scholen moesten voldoen verscherpte zonder het bijzonder (christelijk) onderwijs de hiervoor benodigde gelden toe te kennen, protesteerden Kuyper en Schaepman (*1686] hiertegen met handtekeningenacties. Pas in 1917 werd deze schoolstrijd beëindigd.
Zie
pacificatie.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke veldheer trok met zijn leger en olifanten over de Alpen naar Italië?


JUIST!NIET JUIST!

Hannibal

opzet

Heeft betrekking op de wil van iemand die een handeling verricht. Een opzettelijke daad wordt met de wil op, of in ieder geval de acceptatie van, een bepaalde uitkomst verricht. Je weet wat je doet en wat de gevolgen kunnen zijn. Er wordt dan ook wel gesproken van \'willens en wetens\'. Doelbewuste opzet op het doden van iemand door een pistoolschot is willen dat die persoon overlijdt als gevolg van het pistoolschot. Voorwaardelijke opzet is als je er rekening mee houdt dat je gedrag een bepaald gevolg kan hebben en er toch mee doorgaat. Iemand schiet met een pistool, wetend dat hij een ander zou kunnen raken. Als dat gebeurt is sprake van voorwaardelijke opzet. Het tegenovergestelde van opzettelijk is per ongeluk. In het strafrecht is opzet nodig om te kunnen spreken van een ernstig misdrijf.