Koning Willem I

Koning Willem I (1772-1843) Regeerde van 1813 tot 1840, zoon van de in 1795 naar Engeland uitgeweken stadhouder Willem V. Erfprins Willem landde op 30 november 1813 in Scheveningen (einde van de Franse tijd ). Hij werd uitgeroepen tot Souvereine Vorst der Verenigde Nederlanden en kreeg na de vereniging met België en Luxemburg in 1815 de titel koning Willem I.
Hij was een 'laat verlicht despoot', energiek en koppig: 'koopman-koning' en 'Friese stijfkop'. In 1814 stichtte hij De Nederlandsche Bank en in 1824 de Nederlandse Handel Maatschappij, waarbij hij persoonlijk financieel risico nam. Teleurgesteld door de Belgische Opstand en naar aanleiding van zijn voornemen een Rooms-katholieke Belgische hofdame te trouwen, trad hij af in 1840.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke (kinderboeken)auteur werd geprezen om haar vertalingen van de Ilias en de Odyssee?


JUIST!NIET JUIST!

Imme Dros

Thor

(Germaans: Donar) In de Noord-Europese mythologie de zoon van Odin en Fjorgyn. Hij was een god van de vruchtbaarheid en de donder. Hij stond voor ordeschepper tegenover de chaos. Het onweer werd veroorzaakt door zijn wagen, waarmee hij door de hemel reed. Als kind al was hij sterk, en daarnaast moeilijk opvoedbaar. Daarom werd hij opgevoed door twee bliksemgeesten, Vingir en Hlora. Hij groeide uit tot een enorme man, bijna een reus, met dezelfde kracht, en zijn hamer Mjöllnir maakte hem nog sterker. Met zijn hamer die altijd doel trof en dan weer in zijn hand terugkwam, vocht hij tegen reuzen.