armoedeval
Ook: armoedeklem. Verschijnsel dat mensen met een minimumuitkering (= armoede) er bij het aanvaarden van werk financieel niet op vooruitgaan (= in de val zitten) doordat van een bruto inkomensverhoging netto weinig overblijft door hogere belastingen, het wegvallen van subsidies en hogere eigen bijdragen. Reïntegratie van uitkeringstrekkers wordt ook belemmerd omdat er verwervingskosten verbonden zijn aan een baan en niet aan een uitkering (dit wordt de werkloosheidsval genoemd). Er is daarenboven sprake van een productiviteitsval wanneer hun productiviteit lager is dan het minimumloon.
Welke (kinderboeken)auteur werd geprezen om haar vertalingen van de Ilias en de Odyssee?
Thor
(Germaans: Donar) In de Noord-Europese mythologie de zoon van Odin en Fjorgyn. Hij was een god van de vruchtbaarheid en de donder. Hij stond voor ordeschepper tegenover de chaos. Het onweer werd veroorzaakt door zijn wagen, waarmee hij door de hemel reed. Als kind al was hij sterk, en daarnaast moeilijk opvoedbaar. Daarom werd hij opgevoed door twee bliksemgeesten, Vingir en Hlora. Hij groeide uit tot een enorme man, bijna een reus, met dezelfde kracht, en zijn hamer Mjöllnir maakte hem nog sterker. Met zijn hamer die altijd doel trof en dan weer in zijn hand terugkwam, vocht hij tegen reuzen.